donderdag 4 oktober 2012

Review TPACK the game

TPACK the game is een spel dat te gebruiken is bij workshops of teamvergaderingen over de integratie van ICT in het onderwijs. Dit spel wordt gebruikt om elkaar te inspireren, ervaringen te delen en om concrete doelen te stellen met het gebruik van ICT in het onderwijs.

Tevens kan het TPACK model leraren helpen bij het maken van keuzes over hoe ICT ingezet kan worden om het leren van een bepaalde vakinhoud te ondersteunen. Ook helpt het leraren kritisch na te denken over hun eigen kennis die zij nodig hebben om ICT zinvol in te kunnen zetten binnen bepaalde vakken.

Zo speel je het:
Je hebt drie verschillende groepjes kaarten; content, didactische werkvorm en ICT werkvorm. Het is de bedoeling dat je uit elk groepje een kaart trekt. De content mag je zelf kiezen, de andere twee moet je blind pakken.

Wij hadden als content “soep maken”, als didactische werkvorm “zelfstandig werken” en als ICT werkvorm “interactief digitaal bord”.

Daarna ga je in subgroepjes een realistisch voorbeeld hiermee bedenken van een activiteit die je tijdens een les kunt uitvoeren.

Als tweede opdracht moet je een nieuwe ICT werkvorm kiezen, die je beter vindt passen bij de content en didactische werkvorm.

Als laatste opdracht mag je zelf de content kiezen en de didactische werkvorm moet je blind pakken. Nu is het de bedoeling dat je zoveel mogelijk ICT werkvormen hierbij vindt.


Ik vind dit spel erg geschikt tijdens een studiedag of vergadering. Je wordt hierbij kritisch aan het denken gezet hoe je ICT kunt vormgeven in de klas. Een echte aanrader dus.

Voor meer informatie en om zelf dit spel te downloaden zie de volgende sites:
http://www.tpack.nl/index.html
http://mbo.kennisnet.nl/2012/04/tpack-zuyd/

zondag 23 september 2012

Passend onderwijs

Volgens steunpunt passend onderwijs (2012) is passend onderwijs de naam voor de nieuwe manier waarop onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben wordt georganiseerd. Door passend onderwijs is het mogelijk dat meer leerlingen op het reguliere onderwijs kunnen blijven, eventueel met extra ondersteuning (denk bijvoorbeeld aan een ambulant begeleider).

Met andere woorden: Passend onderwijs zorgt ervoor dat elke individuele leerling onderwijs krijgt dat bij hen past.

Er is nu een nieuwe wet over passend onderwijs, waarbij scholen zelf keuzes mogen maken. Omdat dit voor veel scholen lastig is, is er een referentiekader opgesteld. Dit helpt scholen bij het maken van hun eigen plannen rondom passend onderwijs. Dit is echter niet verplicht voor scholen.

Tegen de nieuwe wet is veel opstand gekomen. Er zijn veel scholen die op 6 maart 2012 gestaakt hebben tegen de nieuwe plannen over passend onderwijs, vooral over de bezuinigingen. Veel leerkrachten in het speciaal onderwijs zouden daardoor hun baan verliezen en veel meer kinderen zouden op het reguliere onderwijs ‘moeten’ blijven. Als gevolg van de staking zijn de bezuinigingen nu uitgesteld tot 2014.

Ikzelf vind de bezuinigingen erg slecht. Ze bezuinigen op iets wat juist heel hard nodig is; het onderwijs. Veel kinderen, met name kinderen met leerproblemen, worden hier de dupe van. Zo heb ik in 2011 in groep 4 stage gelopen waar een jongen zat die groep 3 gedoubleerd heeft. In groep 4 liep hij weer achter alle kinderen aan. Was niet meer gemotiveerd, toonde dwars gedrag en je merkte dat hij niet lekker in zijn vel zat. Na héél veel tijd en onderzoeken is gebleken dat die desbetreffende jongen een heel laag IQ heeft. De doorstroming naar speciaal onderwijs duurt nu al zo lang. Ik vraag me af hoe lang het gaat duren als de bezuinigingen in 2014 worden doorgezet.

Ook de leerkracht zal het zwaar krijgen. Niet alleen leerlingen met leerproblemen zullen langer op het regulier onderwijs worden gehouden, ook kinderen met gedragsproblemen. De leerkracht krijgt steeds meer druk op zich. Voor kinderen met leerproblemen zal RT worden ingezet, maatwerk, verlengde instructie en noem maar op. Je hebt ook kinderen met een bovengemiddeld tot begaafd niveau in de klas. Die moeten ook uitdaging krijgen. De leerkracht moet hier overal op gaan inspelen.
Kinderen met gedragsproblemen zoals autisme, ADHD, zullen ook langer in het regulier onderwijs blijven. Één kind met een gedragsprobleem is vaak al een hele opgave voor de leerkracht, laat staan als je dadelijk nog meer kinderen met speciale behoeften in de klas hebt. Zo heb ik tijdens mijn LIO-stage een kind met het syndroom van Asperger in de klas. Daar had ik vaak mijn handen aan vol. Ik vond het wel een uitdaging, maar weet niet of ik meer kinderen met zulke behoefte kan handelen.
Daarbij denk ik ook dat de ‘gewone’ kinderen in de klas er onder gaan lijden. Veel aandacht zal opgaan aan de kinderen met de leerproblemen en vooral de kinderen met de gedragsproblemen. Ook de ‘gewone’ kinderen moeten gezien en beloond worden, maar vaak schiet dat er dan bij in.

Natuurlijk ben ik het er mee eens dat niet zomaar iedereen waarbij men iets vermoedt meteen naar het speciaal onderwijs moet. Daar moet zeker eerst een proces aan vooraf gaan. Maar sociaal-emotioneel is het vaak beter voor sommige kinderen om naar het speciaal onderwijs te gaan, waar ze in kleine klassen werken en de aandacht krijgen die ze echt nodig hebben.


Voor nu: Passend onderwijs past voor geen meter!
(mijn LIO-groepje 3)

dinsdag 4 september 2012

Review spel O21


Review spel O21

Bij dit spel gaat het erom hoe jij onderwijs ziet in de 21e eeuw. Je wordt dus goed aan het denken gezet.
Elk groepje (± 3 personen) krijgt een vaardigheidskaartje. De 7 vaardigheden die aan bod komen zijn:
Samenwerken, probleemoplossend vermogen, ICT-geletterdheid, creativiteit, kritisch denken, communiceren en als laatste sociale en culturele vaardigheden.
Het groepje moet een woordweb rond deze kaarten gaan maken. Waar denk je aan bij deze vaardigheden? Die woorden schrijf je op. Later kun je dit met het hele team bespreken.

Het voornaamste gedeelte van het spel zijn de stellingen (er zijn ook andere spelvormen). Deze worden centraal op het digibord getoond. Alle teamleden die meedoen kunnen via mobiel/Tablet/laptop inloggen op een site waar steeds een nieuwe stelling komt. Met die stelling kun je het helemaal eens zijn, eens zijn, helemaal oneens zijn of oneens zijn.
Het leuke is dat je op het centrale digiboard kunt zien hoe vaak er voor een antwoord is gestemd. Hier kunnen goede discussies uit voort komen, waarbij iedereen hun mening kan beargumenteren en sommigen misschien wel hun mening bijstellen. Zelf vond ik dit het leukste gedeelte. Je gaat echt in gesprek met elkaar en wordt zo gedwongen na te denken waarom je voor een bepaald antwoord hebt gekozen.

Daarom is dit spel  zeker een aanrader, want je wordt erg aan het denken gezet over de verschillende stellingen. Je gaat nadenken over hoe jij de dingen ziet, en dit is vaak toch lastig. Over sommige stellingen moet je echt goed nadenken, omdat je er eigenlijk nog nooit  op die manier over hebt nagedacht.

maandag 3 september 2012

Technologische vernieuwing: Tablets in de klas


Als technologische vernieuwing in het onderwijs is de Tablet aan te raden. Het is veel makkelijker in gebruik dan een laptop, omdat de batterij langer meegaat, je niet met een eindeloos snoer zit en ze veel compacter zijn dan een laptop.

Op de Tablet kunnen verschillende apps worden geïnstalleerd, waarmee de leerlingen snel aan de slag kunnen. Vaak zijn de apps een soort spelletje, waarmee de leerlingen spelenderwijs leren. Denk bij rekenen bijvoorbeeld aan spelenderwijs hoofdrekenen, tafeltjes oefenen etc. 

Ook voor andere vakken is de Tablet erg geschikt. Bijvoorbeeld wereldoriëntatie. De leerlingen kunnen makkelijk iets over een land/werelddeel opzoeken. En doordat ze het zelf opzoeken/uitzoeken, blijft het beter hangen dan dat de leerkracht hen doceert. De leerlingen hebben het leren voor een groot deel zelf in de hand, dat zorgt voor een grotere verantwoordelijkheid en zelfstandigheid.

Wel is het natuurlijk belangrijk dat de leerkracht de kinderen veilig internetgebruik aanleert, het is niet de bedoeling dat de gegevens van kinderen overal zichtbaar zijn op internet.

Echter een aandachtspunt is dat volgens van Schie (2012) veel leerkrachten zich nog niet vaardig genoeg voelen om Tablets in te zetten in de klas.
Daarom is het handig als de leerkracht eerst aan de Tablet went, voordat deze in de reguliere lessen wordt ingezet.